Selecteer een pagina

Tabel bij les 7 van cursus autisme

 

Zintuig Overgevoelig Tips bij overgevoeligheid Ondergevoelig Tips bij ondergevoeligheid
Zicht (visueel). Geactiveerd door licht. Verstoord zicht. Kan fel licht pijnlijk vinden. Kan gemakkelijk afgeleid raken door piepkleine objecten, druk behang en muurdecoraties. Problemen met oogcontact. Gebruik zacht licht. Verwijder indien mogelijk fluorescerend licht. Gebruik dimmers. Gebruik in de slaapkamer jaloezieën of gordijnen. Geef de persoon in kwestie een zonnebril. Kan perifeer zicht gebruiken als centraal zicht vaag is. Problemen met inschatten van diepte. Niet in staat afstand in te schatten. Kan tegen dingen aanlopen. Houd de vloer leeg. Markeer de randen van trappen en treden.
Gehoor (auditief). Meest voorkomende probleem bij mensen met ASS. Geluiden lijken  harder en kunnen worden vervormd. Is niet in staat achtergrondgeluid uit te filteren. Kan moeite hebben zich te concentreren. Oordopjes, IPOD met lievelingsmuziek. Verminder het geluid met dubbele beglazing, isolatie en zachte vloeren. Houd het volume van de televisie/muziek laag. Zet niet meer dan één apparaat tegelijk aan. Bereid degene die er last van heeft erop voor als hij een lawaaiige ruimte gaat betreden. Hoort mogelijk met één oor. Geniet mogelijk van geluiden die hij zelf maakt. Geniet mogelijk van opmerkelijk luidruchtige plaatsen/activiteiten. Probeer geluiden te introduceren met verschillende toonhoogtes en volumes. Maak gebruik van bekende liedjes om aan te zetten tot contact.
Tast (tactiel). Receptoren op het huidoppervlak. Neemt pijn, temperatuur, druk waar. Lichte aanraking kan pijnlijk zijn. Kleding, vooral nieuwe, kan onaangenaam voelen. Haren borstelen en wassen kan problemen geven. Leer degene die er last van heeft zelf tandenpoetsen/

haren borstelen. Geef aan dat je hem gaat aanraken. Was nieuwe kleding meermalen, voordat ze gedragen gaan worden, knip labels eruit.

Hoge pijngrens. Kan knijpen of anderen te strak vasthouden. Kan zichzelf verwonden. Kan het prettig vinden in nauwe ruimtes te kruipen of zware gewichten op zich te voelen. Een gewichtsdeken of –dekbed kan helpen bij het slapen. Gewichtenvest, strakke bodywarmer, wetsuit, massage.
Smaak. Receptoren op de tong nemen zoet, zuur, bitter, zout, koud en warm waar. Eet alleen dingen met weinig smaak. Kan problemen hebben met de textuur. Kan krokant of klonterig eten weigeren. Introduceer geleidelijk verscheidene texturen en smaak. Maak geen probleem van etenstijd, probeer te ontspannen. Eet niet-eetbare dingen als zand, sigarettenpeuken, bloemen. Kan een voorkeur hebben voor zeer uitgesproken smaken. Bied voeding aan met een sterke smaak. Houd chemicaliën, schoonmaakmiddelen enz. buiten bereik.
Reuk (olfactorisch). Vindt bepaalde geuren overweldigend. Kan ontregeld raken door een wijziging van parfum, waspoeder, etc. Kan problemen hebben met naar het toilet gaan. Gebruik voor zover mogelijk alleen huishoudelijke en toiletspullen zonder geurstoffen. Het kan voorkomen dat geen enkele geur wordt waargenomen. Merkt sterke geuren niet op. Kan worden aangetrokken door sterke geuren, wat kan leiden tot problemen met aan de muur smeren etc. Kan aan objecten likken. Leg een voorraad sterk ruikende (ongevaarlijke) producten aan om mee te stimuleren.
Evenwicht (vestibulair). Cruciaal voor het behouden van balans en houding. Kan moeite hebben met fysieke activiteit en sport. Kan moeite hebben met stoppen, starten en richting wijzigen. Gebruik visuele aanwijzingen voor start, stop etc. Compenseert door te gaan wiegen, draaien schommelen. Gebruik buitenspeelgoed als een schommel, draaimolen, wip, trampoline.
Lichaamsbewust-zijn (proprioceptief). Ligt in de diepe spieren en gewrichten. Problemen met schrijven, schoenveters, strikken, knopen dichtmaken etc. Alle activiteiten die de fijne motoriek stimuleren. Naaien, strikken etc. Kan de ruimte van een ander aantasten. Kan tegen mensen en objecten stoten. Kan tegen andere mensen aan leunen. Zet meubelstukken tegen de muren en houd de vloer vrij. Leer bewustzijn van lichaam in de ruimte, gepaste afstand tot een ander etc.